Hypnotherapie
Bij hypnotherapie wordt de cliënt onder hypnose gebracht om de klachten van de cliënt op te lossen of te verminderen. Hypnose wordt ingezet als een hulpmiddel om een verbetering van de levenskwaliteit van de patiënt te bereiken. Hypnotherapie is erop gericht om onder hypnose je onderbewustzijn te beïnvloeden. Het is immers het onderbewustzijn dat 90% tot 95% van het gedrag, de emoties en het handelingen bepaalt. Tijdens een sessie wordt de patiënt in een lichte trance gebracht, waarin de volledige controle door de patiënt wordt behouden. Als er iets opvallends gebeurt, is de patiënt direct weer in het hier en nu. Iedereen maakt dagelijks tranceachtige toestanden mee, ergens helemaal in verdiept zijn. Bij hypnotherapie wordt de trance opgeroepen voor een bepaald doel. Hypnose is geen doel op zich, maar een manier om geestelijke, lichamelijke en emotionele problemen te behandelen.
Bij hypnotherapie wordt de cliënt onder hypnose gebracht om de klachten van de cliënt op te lossen of te verminderen.
De behandeling
Onder hypnose is het onderbewustzijn gemakkelijk te benaderen. De therapeut kan rechtstreeks de verkeerde denkwijzen en negatieve gedachtepatronen in het onderbewustzijn beïnvloeden en veranderen. Dit is te vergelijken met het ‘herprogrammeren’ van een computer. De slechte stukjes ‘software’ worden als het ware vervangen door nieuwe en betere ‘programma’s’. Na een succesvolle sessie gedraagt de patiënt zich anders, omdat het ‘programma’ in zijn onderbewustzijn is aangepast en verbeterd.
Aanpak
De therapeut kan tijdens de behandeling kiezen uit een breed scala van therapeutische technieken. De keuze hangt samen met het doel van de behandeling en met de problematiek of hulpvraag van de patiënt. Ontdekkende technieken, traumaverwerking, directe aanpak van angstklachten, gedragstherapie en allerlei vormen van veranderingstechnieken komen in aanmerking.
Deze aanpak – waarbij verschillende stijlen, denkvormen en technieken worden versmolten tot iets nieuws – wordt ook wel eclectisch genoemd.